Als Fühler oder Antennen bezeichnet man in der Zoologie das am Kopf der meisten Gliederfüßer auftretende, gegliederte Extremitätenpaar, das mit Sinneszellen (Tastsinn, Geruchssinn) ausgestattet ist.

De antennes zijn bij insecten de twee gelede voelsprieten die vanaf de kop boven of tussen de ogen ontspringen. De basisgeleding heet scapus, de tweede pedicel en de rest vormt het flagellum. Het aantal geledingen wisselt met de aard van het insect. De sprieten kunnen zintuigen van velerlei aard bevatten: zowel reuk- smaak- als tastzin of gehoor komen veel voor. Antennes zijn vaak behaard (veel zintuigen hebben ook een haarvorm). De vorm, kleur, beharing en het aantal geledingen van de antennes zijn belangrijke hulpmiddelen bij het determineren van veel soorten insecten.

Les antennes sont des organes sensoriels portés sur la tête des insectes qui servent principalement pour l'odorat mais également pour le toucher et le goût, grâce à la présence de sensilles. Elles peuvent détecter les mouvements et l'orientation, les odeurs, le son l'humidité et une variété de signaux chimiques (phéromones). Ils peuvent également servir d'organes tactiles pour analyser l'environnement, de moyen de communication pour l'accouplement ou encore de moyen de défense.

Les antennes sont des organes sensoriels chez les arthropodes. Elles enregistrent les sensations du toucher et du goût. Pour cela, elles portent des sensilles nombreuses.

Czułki (łac. antennae, l.poj. antenna) – nitkowate lub palczaste narządy zmysłowe różnej budowy i pochodzenia, osadzone zwykle na głowie lub płacie głowowym wielu grup bezkręgowych organizmów zwierzęcych. Są bogato unerwione i ruchome. Czasami pełnią dodatkowe funkcje. U stawonogów nazywane są antenami. U owadów są to parzyste przysadki osadzone poza czołem, na policzku w okolicy oka lub po stronie brzusznej.

У́сики (либо антенны, сяжки) представляют из себя пару придатков, соединённых к передним сегментам членистоногих. У ракообразных усиков две пары и они расположены на первых двух сегментах головы. У других членов членистоногих, за исключением хелицеровых и бессяжковых (не имеющих усиков совсем), их одна пара.